HomeBestemmingenPortugalDe andere Algarve: van Cliff tot Ria

De andere Algarve: van Cliff tot Ria

Zelfs in de populaire Algarve vind je met gemak mooie plekjes die nog niet massaal zijn ontdekt. De koele bergen van Monchique, de bronnen van Alte, het elegante Estói en de zoutpannen en stille dorpjes van Natuurpark Ria Formosa. Maak kennis met de andere Algarve.

Algarve
Palácio de Estói

De avond valt vroeg en langs de donkere weg van Portimão naar Monchique licht een klein gebouw uitnodigend op: Cafe Imperio. Het is het familierestaurant van João Jesus en zijn schoonmoeder Idalina. De huisspecialiteit (en het enige hoofdgerecht dat de pot schaft) is Kip piri-piri. “Jaren terug werkte ik in een restaurant dat dit gerecht op de kaart zette”, vertelt Idalina, terwijl zij een schaal met lokale kaas en ham op tafel zet. “Dat was best gedurfd want men was hier niet zo avontuurlijk in de keuken.” De gasten vonden het heerlijk en al snel plaatste elk restaurant in Caldas de Monchique de pittige kip op de kaart. Later begon Idalina haar eigen eethuis en specialiseerde zij zich zelfs in Kip piri-piri. Met succes, het restaurant zit altijd vol en de geuren uit de keuken maken zeer hongerig.

- Advertentie -

Zeldzaam sterk

João Jesus schetst de herkomst van het specerij: “piri-piri is een hete, Amerikaanse variant op chilipeper. De Portugezen introduceerden haar in hun Afrikaanse koloniën, waar lokale koks er een kruidenmix van maakten met cayennepeper, gember, kardemom en knoflook. Vanuit Portugal begon piri-piri aan een opmars over de wereld.” De kip komt op tafel en we kunnen niet anders zeggen: het smaakt goddelijk. Zodra wij het bord met de schoon gekloven kippenbotjes hebben ingeleverd, schuift João Jesus aan met glaasjes helder vocht. “Medronho, nog een specialiteit van Monchique”, grijnst hij. “Die maken we van de vrucht van de aardbeiboom en is het best mogelijke digestief na een bord piri-piri.” Mochten we denken dat zo’n klein glaasje uitnodigt tot het in één keer achterover slaan van de inhoud, dan zijn we daar na het eerste nipje van genezen. Zelden zoiets sterks geproefd, het alcoholpercentage van medronho is 50-55%.

Algarve
Rond de top van de Fóia

Lekker koel

Vlakbij Monchique wandelen we een rondje om de top van de hoogste berg van de Algarve, Fóia (902 meter). Het is hier boven wat koeler dan aan de zuidkust, waar we de lucht zien trillen boven de vlakte. Het uitzicht is schitterend. Zo zien we de rivier Arade langs de Moorse stad Silva zuidwaarts stromen, breder worden en tussen de hoogbouw van Portimão en het witte dorp Ferragudo in zee uitmonden. Na de wandeling rijden we oostwaarts naar Alte, een van de mooiste dorpen van de Algarve. We zien het witte plaatsje al van verre liggen, in een decor van ommuurde vijgen-, amandel- en citrusgaarden. Door de steile straatjes dwalen we omhoog naar het kerkplein, waar bomen een verkoelende schaduw bieden. Alte is een geliefde bestemming voor Portugese dagjesmensen. Als we de borden met ‘Fontes’ volgen, begrijpen we al snel waarom.

Heilzaam water

We komen in een Duits ogend lustoord, met bruggetjes, watermolens en met hout betimmerde huizen. Hier stroomt de door bomen overschaduwde rivier Altes. Het water wordt opgevangen in nissen, die zijn versierd met tegeltableaus en gedichten over water. Via een wat lawaaiig, maar ingenieus ogend watermolentje kun je het zwavelachtig ruikend water in flessen opvangen. Het Portugese vertrouwen in de heilzame werking ervan is groot en de enorme eetzaal van het naast de molen gelegen restaurant Fonte Pequena biedt plaats aan vele bezoekers. Gelukkig is er voor individuele gasten een knus terras aan het water, waar het op deze doordeweekse dag aangenaam rustig is. Na de lunch maken we een wandeling naar de iets hoger gelegen waterval Queda do Vigário.

Alte

Suikertaart met roze fondant

Dichtbij de drukke stranden rond Faro nemen we een kijkje in het kalme plaatsje Estói. Als fraai contrast met de dorpse rust staat hier Palácio de Estói. Een uitbundig ogend rococo-paleis, dat wel iets weg heeft van een suikertaart met roze fondant. Een lokale edelman liet het bouwen en nu is het in gebruik als pousada, een luxe hotel van de Portugese overheid. Gelukkig mag je er ook als niet-gast een kijkje nemen want het is echt wel de moeite waard. Aan het eind van Largo de Liberdade gaan we door een poort de tuin in. Een straatje met kinderkopjes voert naar het onderste terras, waar we een replica zien van het beeld De drie gratiën. Het wordt geflankeerd door tegeltableaus.

Ondeugend

Het ommuurde terras erboven combineert nogal ondeugende afbeeldingen van herderinnetjes en naakte jongelingen die zich in een fontein vermaken met dolfijnen. Godinnen strekken zich uit rond met water gevulde schelpen. Uiteindelijk klimmen we naar de strakke Franse tuin, waar we het paleis in al zijn glorie kunnen bewonderen. Op het terras drinken gasten koffie en opzij van het paleis, in een moderne aanbouw horen we geplons in het zwembad. We kijken nog even binnen in de bar en de lounge, rijk versierd met stucwerk, fresco’s en kroonluchters. Dan keren we via de hoofdingang terug het dorp in. We gaan koffie drinken tussen de locals op een dorpsplein. Het blijft toch een wat vreemde combinatie: een hotel als historische bezienswaardigheid.

Zoutpan en zwemmen

Hoe dichter bij Spanje, hoe rustiger de kust wordt. Met dank aan de overheid, die in de jaren 1980 zag dat het groeiend toerisme de kwetsbare kust van de Algarve bedreigde. Ze besloot een brede strook land en zee te beschermen. Natuurpark Ria Formosa bestaat uit moerassen, zoutpannen, lagunes en eilandjes en is een paradijs voor vogelspotters en wandelaars. Maar het is ook een plek waar je lekker kunt zwemmen in kalm zeewater. De eilandjes voor de kust vangen de wind en de golven van de oceaan op. Wij gaan een nachtje logeren in een oude getijdenmolen in Fuseta, een dorp tussen Olhão en Tavira. Moinho das Marés was eigendom van de grootvader van Margarida Gomes, een zoutboer. Hoewel de zoutindustrie in Ria Formosa nog springlevend is, raakte de molen in onbruik.

Algarve
Moinho das Marés

Luie zilverreiger

Margarida liet de molen restaureren en opende op deze prachtige plek in de Algarve een restaurant met hotelkamers. Als we aan komen rijden, is het laagtij en kunnen we onze eerste vogel spotten: een zilverreiger stapt driftig door het ondiepe water en pikt met zijn snavel in de modder. Komt hij foerageren tijdens de vogeltrek? “Nee”, lacht Margarida, “dit is een lui exemplaar. Hij heeft het hier zo goed dat hij besloot te blijven.” Ze wijst naar een zoutpan verderop langs de smalle dijk. “Daar zag ik gisteren nog flamingo’s en ooievaars naar eten zoeken. Die waren wel op doorreis.” Hotelgasten krijgen de sleutel van het hek naar de zoutpannen achter de molen. Daar heb je nog meer kans om schuwere vogels te observeren.

Zachtroze water

Vogels spotten doen we de volgende dag ook in het bezoekerspark vlakbij Olhão. We lopen er een drie kilometer lange route, die ons de natuur van Ria Formosa in een notendop toont. Langs een oude getijdenmolen, tussen zoutpannen, door een moeras en langs de lagune. We zien ooievaars, koereigers en krooneenden. Een mooi plaatje: ze zoeken kokkels en oesters in zachtroze water, dat een blauwe lucht met witte wolkjes weerspiegelt.

Altijd een vrij tafeltje

Op weg naar het vliegveld stoppen we nog even in Cacela Velha. De blauw-wit geschilderde huisjes van dit vissersdorp staan knus rond een witgepleisterde dorpskerk. Pas als we vanaf het kerkplein over de muur kijken, zien we hoe hoog het dorp op een klif ligt. We dalen via de trap af naar het strand en turen naar het fort. Dat moest dit deel van de kust 200 jaar terug beschermen tegen de troepen van Napoleon. Het staat naast de kerk, maar valt pas op als je beneden bent. Er liggen wat vissersboten, maar verder is het op het strand heerlijk stil. Cacela Velha trekt best toeristen aan, wat te zien is aan de parkeerplaats bij de dorpsrand. Maar op het terras naast de kerk vinden we met gemak nog een vrij tafeltje. Dit is dus ook Algarve: een fijne bestemming voor wie graag de rust opzoekt.

Sterren stralen

Wijngoed Vida Nova

De wijn van de Algarve is niet echt beroemd, maar haar opvallendste pleitbezorger is dat zeker wel. Vlak boven Albufeira kun je dagelijks wijn proeven op het landgoed van Cliff Richard. Toen de ‘cantor’ eens likeur maakte van de vijgen in zijn tuin, bedacht hij dat zelf wijn maken nog leuker zou zijn.

Een vriend, die zijn eigen avocado’s niet kreeg opgegeten, dacht er hetzelfde over en samen richtten ze wijngoed Vida Nova op. Sinds 2002 planten ze alleen nog druiven op hun land en maken er lekkere wijn van. De zanger zelf vertoont zich niet vaak, maar voor een schappelijk bedrag krijg je er een rondleiding door de wijnvelden en mag je vier van Cliff’s wijnen proeven.

De beste reisgidsen

Reishandboek Portugal

In onze reisgids over Portugal neemt wandelen een ruime plek in. Verder veel aandacht voor mooie dorpen en stadjes, natuurgebieden, bijzondere logeeradressen en restaurants. De beschrijvingen van bezienswaardigheden en praktische informatie worden afgewisseld met persoonlijke blogs en ontmoetingen met locals. Plus kaders over onder meer Portugese wijn, tradities, sterren kijken, lekkernijen, kurk en fado. En uiteraard een ruim hoofdstuk over de Algarve.
Auteur: Tineke Zwijgers | Fotograaf: Dorien Koppenberg | Uitgever: Elmar, 4e druk 2023

Wat & Hoe reisgids Algarve

Recent herziene editie van deze compacte reisgids voor de populairste regio van Portugal. Met een top 10-selectie van wat je niet mag missen, de beste hotspots, wandel- en autoroutes en praktische informatie over bestemmingen, logeren, eten & drinken, winkelen en uitgaan. Ook de rustige westkust komt ruim aan bod.
Auteur: Christopher Catling (herzien door Tineke Zwijgers) | Uitgever: Kosmos, 2023

De leukste hotels

Algarve
Quinta da Idalina

Quinta da Idalina biedt uit hout en natuursteen opgetrokken appartementen hoog in de bergen van Monchique. Vanuit je huisje kijk je uit op zee en ’s ochtends krijg je een heerlijk ontbijt met lokale lekkernijen. Gerund door de eigenaren van Cafe Imperio.

Moinho das Marés is een betoverende plek om te logeren. Vanuit de oude watermolen kun je lekker aan de wandel in de zoutpannen van Fuseta en zeldzame (trek)vogels spotten. De kamers zijn stijlvol ingericht en dankzij het bijbehorend tapasrestaurant hoef je daarna nergens meer heen.

Dit artikel verscheen eerder in Het Laatste Nieuws (B).

- Advertentie -

Meest gelezen deze week

spot_img
- Advertentie -

Nieuwste reportages

- Advertentie -

Ontdek

- Advertentie -